Sinds de coronapandemie zijn grote kantoorpanden niet meer in trek bij veel mensen. Zo werkt nog circa 25 procent van de werknemers en zelfstandigen in Nederland op kantoor. Dit blijkt uit onderzoek van Cobouw Insights. De mate van thuiswerken is daarom een doorslaggevende factor.
De behoefte om een grote kantoorpand te hebben, is voor veel werkgevers minder geworden. Het percentage van werknemers en zelfstandigen die op kantoor werken is daarentegen stabiel. Circa 25 procent vindt het prettig om fulltime op kantoor te werken.
Redelijk in verhouding
Het aantal kantoorbanen groeit redelijk in verhouding mee, concludeert Cobouw Insights. Zo is de totale werkgelegenheid in 2012 op ongeveer 9,9 miljoen banen, ten opzichte van 11,2 miljoen banen in 2022. Echter zijn er binnen de kantoorbanen verschuivingen zichtbaar. De zakelijke dienstverlening laat een flinke groei zien, terwijl de financiële dienstverlening krimpt. Deze verschuivingen kunnen ook lokaal of regionaal bepaald zijn.
Ontwikkeling van de algemene werkgelegenheid
Hoe de vraag naar kantoorruimte zich gaat ontwikkelen, hangt dus af van de ontwikkeling van de algemene werkgelegenheid en het aandeel van kantoorbanen daarin. Sven Bertens, Head of Research & Strategy bij vastgoedadviseur JLL constateert dat er momenteel veel vacatures openstaan voor kantoorbanen. “Als deze allemaal worden vervuld, dan zitten veel bedrijven te krap. Maar met het oog op een eventuele recessie, acht ik dit toch een minder waarschijnlijk scenario.” Zo speelt de zogenoemde ‘kantoorquotiënt’ een grote rol: het aantal vierkante meters per werknemer. In Limburg is dit bijvoorbeeld stabiel gebleven, terwijl Noord-Holland een dalende trend kent over de periode van 2000 tot 2015.
